Door Eowyn Crisfield
Alweer een fabeltje over tweetaligheid ontmaskerd…
Eén van de meest vertelde fabeltjes over tweetaligheid, is dat tweetalige kinderen “later leren praten” dan eentaligen. Ik heb het gehoord, gelezen, ik heb het gezegd, maar vreemd genoeg… heb ik het helemaal niet zo ervaren met mijn eigen drie tweetalige kids.
Mijn oudste dochter, die is opgevoed met Frans en Engels, zei haar eerste woord met tien maanden, en sprak volledige zinnen in beide talen met 18 maanden! Mijn tweeling-kids kregen veel minder intensief taalaanbod, want ze hadden te maken met Engels, Nederlands en Frans…en hele drukke ouders. Toch waren zij ook aan de snelle kant met beginnen met praten, en spraken ze vloeiend op de leeftijd van twee jaar.
Nu weet ik, als onderzoeker, dat drie kinderen geen “statistisch betrouwbare studie” opleveren… maar anekdotisch heb ik dus ondervonden dat het beslist niet klopt. Bovendien: ik heb deze fabel dan wel vaak gehoord, en hem in verschillende populaire boeken gelezen, maar ik heb nooit een overtuigend onderzoek naar dit onderwerp gezien. Nou, zo’n overtuigend onderzoek zit er nu toch echt aan te komen, en het ziet er naar uit dat het verhaal inderdaad een fabel blijkt te zijn (vooralsnog in ieder geval!).
Dit (Engelstalige) artikel legt het bewijs helder uit, en verwerpt de bewering dat tweetaligen later taal produceren. De boeken van Annick de Houwer bieden trouwens geweldige info voor ouders van jonge kinderen die twee talen tegelijk leren. Hoewel het wel meer “onderzoeksboeken” zijn dan “lekker weglezende”-boeken.
Dit blog is, met toestemming van Eowyn, in Nederlandse vertaling overgenomen van http://onraisingbilingualchildren.com. De tweede alinea schreef Eowyn speciaal voor Meertalig.nl.
Reageer ook!
{fcomment id=134}