Sylwester is 22 jaar oud en komt oorspronkelijk uit Polen. Hij studeert al bijna vier jaar Nederlands in Wrocław en brengt hier een semester door aan de Rijksuniversiteit Groningen. Het Pools is een West-Slavische taal en de officiële taal van Polen. Er zijn ongeveer 40 miljoen sprekers van het Pools, waarvan een groot deel in Polen woont. In dit interview vertelt hij over zijn keus om naar Nederland te gaan om te studeren en hoe hij dit ervaart.
“Toen ik klein was, kwam ik door het werk van mijn vader hier al elke vakantie.” Met zijn vader spreekt hij af en toe een paar woordjes Nederlands. “Mijn vader heeft een slechte uitspraak” vertelt hij lachend over zijn eerste ervaringen met het Nederlands, vandaar dat ze meestal weer snel overstappen op het Pools. Voordat hij naar Nederland kwam, sprak hij dus al een woordje Nederlands. Het Pools heeft dezelfde woordvolgorde als de Nederlandse hoofdzin, namelijk onderwerp-werkwoord-lijdend voorwerp, de zogeheten SVO-structuur. Hierdoor is het Nederlands makkelijker te leren voor Sylwester dan een taal met een andere woordvolgorde.
Studeren in Nederland, waarom?
We vragen hem waarom hij hier in Nederland is gaan studeren. “In Polen hebben ze bij grote
bedrijven als UPC en Shell mensen nodig die Nederlands spreken. Voor sommige bedrijven is het voldoende als je alleen een goede basis in het Nederlands hebt om er te mogen werken, maar voor andere bedrijven moet je een C1-niveau hebben.” Het C1-niveau is het op een na hoogste niveau volgens het Europees referentiekader, een kader dat aangeeft hoe goed je een taal beheerst. Voordat Sylwester naar Nederland kwam, zat hij op niveau B1/B2, maar dat heeft hij nu verbeterd tot C1. “Met een goede basis van het Nederlands kan ik ook bij het uitzendbureau van mijn broer gaan werken. Dit uitzendbureau stuurt Poolse mensen naar Nederland, maar ze spreken er nu nog alleen Engels.”
Het studeren in Nederland vindt hij soms wel lastig. “Sommige lesboeken bevatten erg moeilijk taalgebruik. En vragen van studenten met een accent vind ik moeilijk te begrijpen.”
Op de vraag wat het Pools voor hem betekent, heeft Sylwester een duidelijk antwoord: “Het is mijn moedertaal en de taal waarin ik denk. Ik gebruik het Pools met mijn familie en mijn vrienden in Polen.” Met zijn vrienden gebruikt hij ook Engelse woorden tussendoor als ‘who knows’, ‘we will see’, ‘sure’, codeswitching heet dit, maar hij doet dit minder dan mensen in Nederland. Sylwester heeft geen favoriet Pools woord, hij vindt het Nederlands een veel mooiere taal, ondanks dat hij nog niet alles begrijpt. In het Nederlands heeft hij daarom wel een favoriet woord: ‘gezellig’.
Verschillen tussen de talen
Dat hij het Nederlands mooier vindt dan het Pools is voor Sylwester persoonlijk een verschil tussen de beide talen. Maar er zijn nog meer verschillen: “De grammatica in het Nederlands is makkelijker. In het Pools kunnen namen andere uitgangen krijgen, afhankelijk van in wat voor zin ze staan. Zo betekent “Jestem Jan” ‘Ik ben Jan’, maar verandert Jan in ‘Jana’ of ‘Janem’ in zinnen als “Widzę Jana” ‘Ik zie Jan” en “Rozmawiałem z Janem” ‘Ik heb met Jan gepraat’. In het Nederlands is dat niet zo. Verder kan ‘dzień dobry’ zowel goedemorgen als goedemiddag betekenen, wat je bedoelt, hangt van de stand van de zon af. In Polen zijn de dialecten ook makkelijker te verstaan. Als ik hier op het platteland met mensen praat, moet ik vaak gokken wat ze zeggen.” Dit laatste is misschien het gevolg van het verschil in vaardigheid tussen de beide talen. Pools is zijn moedertaal en het Nederlands spreekt hij pas enkele jaren. Maar het grootste verschil tussen Polen en Nederland is volgens Sylwester de mentaliteit. In Nederland denkt men meer na over de toekomst. In Polen is men meer gericht op vandaag: “In Polen vindt men het belangrijker om op dat moment warm te zijn en de kachel hoger te zetten dan het geld te besparen voor later.”
Mening over meertaligheid
Bijna alle (ongeveer 97%) inwoners van Polen hebben de Poolse nationaliteit. Duits, Engels en Russisch worden het vaakst gebruikt en geleerd als tweede taal. Omdat er weinig mensen in Polen zijn met een andere nationaliteit zijn we benieuwd naar hoe men in Polen denkt over meertaligheid. Sylwester: “Het beeld van meertaligheid is anders dan twintig jaar geleden. Mensen begrijpen nu hoe belangrijk andere talen zijn en zien het als een voordeel”. Sylwester is het hier helemaal mee eens, ook hij ziet meertaligheid als iets positiefs. Als we hem vragen of hij later zijn kinderen ook meertalig wil opvoeden, lacht Sylwester, maar geeft dan resoluut antwoord. “Jazeker, ik heb van docenten gehoord dat kinderen tot hun derde jaar vloeiend in drie talen kunnen leren spreken. Ik vind meertaligheid echt een groot voordeel voor kinderen”. Dat voordeel van meertaligheid zien we bij Sylwester ook al terug. Hij vergroot er zijn kans op een baan aanzienlijk mee.
Geschreven door: Marjolein Talsma en Jantina Schakel, studenten Rijksuniversiteit Groningen
Gepubliceerd: juni 2016