Vraag van de maand april 2014

 Hoe omzeilen we die weerstand tegen het Grieks? 

Wij zijn een Grieks/Nederlands stel en hebben drie jonge (7, 4 en 1 jaar) kinderen. Vanaf het begin hebben we er bewust voor gekozen om de kinderen meertalig op te voeden. Ik (papa) ben geboren en getogen in Griekenland en spreek redelijk goed Nederlands. Mama is Nederlands maar ze verstaat en spreekt, redelijk, Grieks. We hebben gekozen voor de variant die het meest natuurlijk aanvoelde, namelijk papa spreekt Grieks en mama Nederlands. Het aanbod in de tweede taal (Grieks) is altijd beperkt geweest. Ik heb vanaf het begin Grieks gesproken tegen de kinderen. Overal en constant ondanks de vele vreemde blikken van omstanders. Helaas zijn we niet in de gelegenheid om vaak op vakantie naar Griekenland te gaan en het geschikte ondersteuningsmateriaal (boeken, CD’s, DvD’s etc.) is beperkt. Wel heb ik altijd de Griekse vrienden aangespoord om Grieks te gebruiken tegen de kinderen en heb ik Nederlandstalige boeken in het Grieks voorgelezen!

Op het moment dat de oudste naar school ging (en naar mijn idee het opvoeden echt begon!) was haar achterstand (in het Grieks) al groot. Zij verstond bijna alles maar sprak eigenlijk geen Grieks, behalve een paar woorden. Vanaf dat moment begon ik steeds minder Grieks te gebruiken omdat het Nederlands effectiever en praktischer leek. Langzamerhand is dit een automatisme geworden. Ik heb een paar keer geprobeerd om het Grieks weer op te pakken maar dit stuit op onbegrip (letterlijk) en weerstand bij de kinderen. Daarom mijn vraag: Hoe kan ik de tweede taal het beste weer gaan aanbieden en de geboden weerstand omzeilen?

Vriendelijke groeten,
Dimitris Grammatikas

 

————————————————————————————–

 

Beste Dimitris, 

Wij leven ook in een tweetalige situatie (Nederlands/Italiaans):  mijn man (Nederlander) en ik (Italiaanse) spreken beide talen goed en we waren al tien jaar samen  toen onze dochter, inmiddels 14, werd geboren.  We hebben haar tweetalig opgevoed, met het voordeel dat in onze situatie iedereen beide talen beheerste, net als bij jullie: dit is een belangrijk element is van onze manier om het probleem aan te pakken dat je beschrijft.  Je verhaal  is denk ik herkenbaar voor veel ouders van meertalige kinderen: als de kinderen naar school gaan, is er niet alleen minder tijd om  de “minderheidstaal” met de kinderen te gebruiken. De kinderen doen ook ervaringen op in een Nederlandssprekende omgeving, en over die ervaringen gaan ze in het Nederlands vertellen. En de spelafspraken met andere kinderen na school zijn natuurlijk ook in het Nederlands. Ik vond de fase tussen 5 en 10 jaar heel lastig. Ik kreeg ook de neiging om steeds vaker in het Nederlands te reageren op de verhalen die mijn dochter over school vertelde, en ze ging het Italiaans steeds minder gebruiken ook als we het over andere onderwerpen hadden.  En ik had maar één kind, jij hebt een gezin van drie, waarin de kans dat je kinderen met elkaar Nederlands spreken vrij groot is. Wat me toen geholpen heeft, is dat mijn man me regelmatig wees op wat ik aan het doen was: een voor mij vreemde taal, die ik niet zo goed beheerste als mijn moedertaal, tegen onze dochter spreken, terwijl ik de enige was die haar kon helpen een tweede taal te leren, door die te blijven gebruiken. Natuurlijk wist ik dit rationeel, maar in de praktijk ging ik automatisch over op het Nederlands. Mijn eerste advies is dus: gebruik je vrouw als taalopvoedingspartner.  Je hebt echt de stem van een ander nodig die regelmatig zegt:  ‘spreek Grieks, ze kunnen die taal alleen via jou leren’; ‘je ontneemt ze een kans’; en: ‘we hadden toch afgesproken dat je Grieks zou praten?’ Als dit alleen een project van jezelf is, wordt het heel erg moeilijk. Dus: jullie voeden de kinderen tweetalig op, en dit betekent niet alleen dat iedereen de eigen taal gebruikt, maar dat die ook let op wat de ander doet, en die daarin ondersteunt. 

Op basis van wat je schrijft, lijkt het dat de kinderen inmiddels zo weinig Grieks hebben gehoord dat ze moeite hebben om het te verstaan. Daar zou ik onmiddellijk iets aan doen. Hoewel je aangeeft dat jullie weinig gelegenheid hebben om naar Griekenland te gaan, denk ik toch dat het het meest effectief is om nu met je kinderen minimaal een week in Griekenland te verblijven. Ik hoop dat je kunt logeren bij familie of vrienden die uitsluitend Grieks spreken, in een eentalige situatie, zonder je vrouw en zonder andere mensen die Nederlands spreken. In die omstandigheden is het voor jou een stuk makkelijker om  Grieks te spreken, en de kinderen zien en ervaren meteen de voordelen van het verstaan en spreken van Grieks.  Deze Griekse full immersion  helpt om ze weer te laten wennen aan het feit dat jij Grieks spreekt, ook in Nederland: het is een bevestiging van de taalregels. Het mooiste zou zijn als je tijdens de Griekse vakantie iets vindt (verhaaltjes, films, cartoons) dat je kinderen aanspreekt en dat je in Nederland ook kunt gebruiken om meer aan Grieks te doen. Ik zou een een flinke voorraad meenemen, bijvoorbeeld een stapel Griekse Donald Ducks, games of Asterix/Disney  dvds.  Terug in Nederland zou je met je kinderen een terugkomende situatie moeten creëren waarin Grieks aan bod komt: bijvoorbeeld in het weekend samen naar een Griekse dvd kijken, iedere avond een verhaaltje in het Grieks. Kinderen vinden het prachtig om tientallen keren naar hetzelfde te kijken of te luisteren, dus als je iets hebt gevonden dat voor jullie ‘cult’-status heeft, dan zult je merken dat de weerstand minder wordt. Mijn dochter heeft eindeloos gespeeld met een simpele game over het hondje Pimpa dat op reis gaat.

 

Deze ingrediënten hebben bij mij gewerkt: hulp van Nederlandssprekende partner, tenminste 1 keer per jaar in Italië alleen met mijn dochter, leuk en afwisselend inputmateriaal in het Italiaans te gebruiken in Nederland.  Wat ook zeker geholpen heeft, is dat we  in de zomer en met de kerst ook naar Italië gingen (we hebben inderdaad niet veel van de rest van de wereld gezien, de afgelopen jaren).  In de zomervakantie gingen we om familieredenen altijd naar dezelfde plaats, en mijn dochter heeft zo een band kunnen opbouwen met andere Italiaanse kinderen, en regelmatig met ze kunnen spelen. Toen ze 9 of 10 was, begon mijn dochter zelf te zeggen dat ze meer Italiaans wilde praten. Ze spoorde me aan meer Italiaans tegen haar te praten, anders zou ze de taal niet leren, en ze nam ook de rol van mijn man over: als ik Nederlands tegen haar sprak, corrigeerde ze me genadeloos. Vanaf dat moment ging het heel makkelijk. Dus: hou vol; de investering in deze jaren is de basis voor de rest van de tweetaligheid van je kinderen, voor hun hele leven.

 Succes!

 

Hartelijke groeten,

Alessandra Corda
Hogeschool van Amsterdam

 

Reageer ook!