Journaliste Natalie is moeder van een tweeling van 2,5 jaar en noemt zichzelf “verzamelaar van talen”. Ze zou graag zoveel mogelijk talen vloeiend willen spreken. Ze kent momenteel zes talen, maar heeft naast het Nederlands vooral een bijzondere band met het Hebreeuws.
Taal van mijn jeugd
“Het Hebreeuws is de taal van mijn jeugd. Mijn Nederlandse moeder ging naar Israël en werd verliefd op een Israëlische man. Ze trouwden en ik werd in Israël geboren. Ik groeide op met het Hebreeuws en mijn moeder gaf me ook wat Engels en Frans mee. Geen Nederlands, want ze was ervan overtuigd dat we nooit terug zouden keren. Maar dat gebeurde natuurlijk wel. Toen ik 9 was, scheidden mijn ouders en ging ik met mijn moeder naar Nederland. Het was verschrikkelijk! In Israël was ik de beste van de klas in taal, in Nederland kon ik niets. Ik zat 1,5 jaar te tekenen en schoot niets op met het Nederlands. Toen besloot ik dat het zo niet door kon gaan. Ik stelde mijn moeder voor thuis geen Hebreeuws meer te spreken, alleen Nederlands. Ik had haar input nodig en de veilige omgeving om te oefenen. Mijn moeder accepteerde dat, ze begreep dat ik geen andere uitweg zag. Toen ging het beter. Ik kon mij concentreren op mijn nieuwe taal en had in mijn moeder een geweldig voorbeeld. Ze spreekt namelijk prachtig ABN (Algemeen Beschaafd Nederlands). Ik denk dat ik dankzij die stap journalist heb kunnen worden.”
Bijna twintig jaar geen Hebreeuws
Het gevolg was wel dat het Hebreeuws volledig uit Natalies leven verdween toen ze 11 jaar oud was. Maar nu is het weer terug. Hoe is dat zo gekomen?
“Op mijn 29e ging ik terug naar Israël om familie en oude vrienden op te zoeken. Ik had bijna 20 jaar geen Hebreeuws gesproken en bovendien was het Hebreeuws dat ik ooit gekend had de taal van een kind. Ik stapte dus met knikkende knieën in het vliegtuig. Maar iets ongelofelijks gebeurde. Binnen drie dagen was de taal terug. Ik sprak ineens Hebreeuws als een volwassene! Kennelijk was er nog steeds een basis van de taal in mijn hoofd waar ik gemakkelijk op kon bouwen. Nu koester ik de taal. Ik probeer veel te lezen en contact te houden met familie en vrienden in Israël. Dat gaat heel goed. Ik moet er alleen niet te veel over nadenken, niet te formeel willen spreken of me concentreren op perfecte zinnen, want dan slaat de onzekerheid toe en blokkeer ik.”
Consultatiebureau ontmoedigt meertaligheid
Natalie en haar man proberen hun kinderen drietalig op te voeden; vader spreekt Engels, moeder spreekt Nederlands en leest in het Hebreeuws voor. Tenminste, dat deed ze tot ze het advies kreeg om met de meertalige opvoeding te stoppen. “Een van onze kinderen sprak nog niet. Het consultatiebureau ontmoedigde toen de meertalige input. Ik ben daarom opgehouden met voorlezen in het Hebreeuws. Mijn man heeft gelukkig het Engels wel doorgezet. Via Amsterdam mama’s, een groep meertalige moeders, hoorde ik dat veel moeders deze verkeerde adviezen krijgen. Het is helemaal niet nodig om je zorgen te maken en te stoppen met een taal. Ik ga dus weer lekker voorlezen in het Hebreeuws, de boeken heb ik in huis. Het is ook natuurlijk voor me om de taal van mijn jeugd te gebruiken met mijn eigen kinderen. Zo zeg ik vanzelf nununu als mijn kinderen ondeugend doen.” Met haar wijsvinger maakt ze het bijbehorende gebaar. Binnenkort vertrekt Natalie met haar gezin voor langere tijd naar China. “Dan zullen we zien hoe flexibel de hersens van onze kleintjes zijn. We sturen ze wel naar een Engelse playschool, want ik ben mijn eigen ontreddering in Nederland niet vergeten. Met Engels zijn ze al vertrouwd, dat is een veilige basis.”
Grootste rijkdom en trots
Natalie zelf heeft lang getwijfeld over wat ze nu haar eerste taal moet noemen. “Ik heb besloten dat de taal waarin ik droom de taal moet zijn die het dichtst bij me ligt. Tot mijn eigen verrassing is dat het Engels. Dat was de taal die me de eerste jaren in Nederland houvast heeft geboden. Maar ik heb altijd talen willen verzamelen. Vanaf 9 jaar krijg je in Israël ook Arabisch op school, daar verheugde ik mij op. Maar ook het Jiddisch van familieleden had ik graag in mijn verzameling op willen nemen. Gemiste kansen! Maar mijn mans familie komt uit Brazilië, dus ik ga nu voor het Portugees. Mijn talen zijn mijn grootste rijkdom en trots. Als je meertalig bent, moet je wel open minded zijn en flexibel. Dat werkt volgens mij door in je karakter en je leven. Je staat als vanzelf open voor anderen en je talen geven je de vrijheid om te reizen en contact te leggen met de hele wereld.”
Geschreven door: Saskia Visser, Wetenschapswinkel Taal, Cultuur en Communicatie, Rijksuniversiteit Groningen
gepubliceerd: december 2015